Sjoerd Wynia nam samen met twee compagnons de oude IT over en wist dat het een plek moest blijven voor gayminded publiek. Zo ontstond Club Air. Het bleek succesvol en ze begonnen na te denken over een nieuw festival. Toen Mojo stopte in het Westerpark met de zomerconcertreeksen, sprong Air in het gat en zo ontstond Buiten Westen op de zaterdag en Milkshake, waarin ook Paradiso betrokken is, op de zondag. Elk festival met haar eigen publiek.
Tjakko Dijk: “het is mooi om te signaleren dat evenementen als Milkshake een verrijking zijn voor het uitgaan in de gayscene in Amsterdam. Dit jaar vindt het festival alweer voor de derde keer plaats. Een groot succes toen uitgaansgelegenheden voor de gayscene het juist enorm moeilijk hadden.”
Na twee jaar begon afgelopen augustus een discussie te ontstaan over klachten vanuit de omgeving van het Westerpark. Dat maakte het vergunningtraject nog moeilijker dan het al was. Een gesprek met het Dagelijks Bestuur van stadsdeel West gaf uitsluitsel, de festivals zouden door mogen gaan. Een telefoontje eind november van de verantwoordelijk portefeuillehouder in West gaf echter een ander beeld. Milkshake mocht doorgaan als de organisatie gebruik zou maken van een portafloor, Buiten Westen mocht niet doorgaan. Blijkbaar had het Dagelijks Bestuur niet door dat er een businesscase ten grondslag lag aan de twee festivals, ze maakten immers gebruik van bijvoorbeeld dezelfde podia en catering. De vergunningverlening blijkt bijna een onneembare vesting. Schadelijk voor de levendigheid in Amsterdam, menen Dijk en Ruigrok.
Marja Ruigrok: “Het kan niet zo zijn dat een festivalorganisator de inzet van een fulltime medewerker nodig heeft voor alleen het papierwerk bij vergunningverlening en dat hij daarnaast ook nog eens lange tijd in onzekerheid zit of het festival wel of niet mag doorgaan. Daarom is het tijd voor duidelijkere meerjarenafspraken die vanuit de Centrale Stad worden geregeld. Het moet makkelijker gemaakt worden om festivals te organiseren waarbij uiteraard rekening moet worden gehouden met de omgeving.”
De vergunningverlening ligt na de verkiezingen bij de nieuwe bestuurscommissies, die de stadsdelen gaan vervangen. De VVD is van mening dat voor evenementen en festivals de vergunningverlening centraal moet worden geregeld. Er blijkt bij de stadsdelen veel te weinig empathie te zitten voor organisatoren van grootschalige evenementen terwijl ze toch een grote hoeveelheid werkgelegenheid en vertier opleveren. “Er moet een mentaliteitsomslag komen. Denken in kansen en mogelijkheden in plaats van problemen moet de norm worden, hierbij horen centrale aansturing en duidelijkere lange termijn afspraken. Amsterdam moet haar festivals koesteren, ze leveren niet alleen vertier maar ook een hoop banen op”, aldus Ruigrok.
Dijk: ““Festivals en evenementen maken een stad. Er valt nog heel wat te leren om voor een diversiteit aan publiek de mooiste evenementen te blijven organiseren. Gelukkig is tijdens het verkiezingsdebat van Koninklijke Horeca Nederland op 5 maart 2014 in De Balie, op initiatief van VVD lijsttrekker Eric van der Burg een deal gesloten dat toeristenbelasting structureel wordt ingezet voor het bevorderen van toerisme. Hieronder valt nadrukkelijk ook het mogelijk maken van evenementen en festivals in de stad.”