1. Wat speelt er?
Nederland staat voor een grote duurzaamheidsopgave om het nationale klimaatakkoord en de internationale doelen van Parijs te halen. In het kader van deze opgave hebben 30 energieregio’s – op verzoek van het Rijk – in Nederland gekeken naar mogelijkheden om in eigen regio grootschalig zonne- en windenergie op te wekken, totaal voor 35 TWh.
In de regio van Amsterdam, Noord-Holland Zuid (NHZ) heeft deze zoektocht geleid tot een concept Regionale Energiestrategie (RES) NHZ. Deze RES gaat alleen over de plaatsing van windmolens en zonnecellen op de eigen gemeentegronden. Van de landelijk geambieerde 35 TWh komt volgens de RES 2,7 TWh uit NHZ in 2030. Het Amsterdamse college van burgemeester en wethouders, bestaande uit GroenLinks, D66, PvdA en SP, wil dat de gemeente Amsterdam hieraan 0,633 TWh bijdraagt.
Wat het college betreft voorziet Amsterdam over tien jaar 80% van de Amsterdamse huishoudens van eigen duurzame energie. Hiervoor wil wethouder Van Doorninck (GroenLinks) 17 extra windmolens bouwen binnen de gemeentegrens. Maximaal de helft van deze windmolens kan in het havengebied worden gebouwd. De rest van de benodigde windmolens wil het college elders in de gemeente bouwen. Hiervoor zijn zeven zoekgebieden geïdentificeerd, waaronder landelijk Noord (Noordrand A10), de omgeving van IJburg, Gaasperplas en Diemerscheg en Amtstelscheg.
Uit draagvlakonderzoek blijkt dat Amsterdammers extra windmolens in Amsterdam steunen, maar locaties dienen wat bewoners betreft wel doordacht te worden uitgekozen. Dat wil zeggen dat er geen windmolens in het groen of in de directe omgeving van woningen moeten worden gebouwd. Locaties zoals bij IJburg of landelijk Noord kunnen rekenen op grote zorgen bij bewoners. Dit bleek niet alleen uit het onderzoek, maar ook uit het overweldigende aantal verontruste bewoners dat hun zorgen uitten op de inspreekavond van 12 januari jl. en talloze e-mails aan raadsleden. Bewoners maken zich zorgen over hun gezondheid en die van hun kinderen, aantasting van leefbaarheid en woongenot door geluidsoverlast en slagschaduw en waardedaling huizenprijzen. De Amsterdamse VVD begrijpt deze zorgen volledig.
2. Steunt de VVD de doelstellingen van de Regionale Energiestrategie Noord-Holland Zuid?
Ja. De VVD steunt de nationale en internationale klimaatdoelen. Op lokaal niveau betekent dit dat de gemeente Amsterdam en de regio Noord-Holland Zuid ook een bijdrage zullen moeten leveren. Daarom steunen wij de ambities die worden gesteld in de RES NHZ om in 2030 2.7 TWh aan duurzame energie op te wekken.
Tegelijkertijd benadrukt de Amsterdamse VVD dat onze stad geen eiland is. Amsterdam kan en hoeft niet volledig zelfvoorzienend te zijn. Daarom bouwen we in Nederland bijvoorbeeld ook windmolenparken op zee. Naast wind- en zonne-energie wil de VVD op landelijk niveau ook de inzet van kernenergie onderzoeken, dit is CO2-neutraal en voorkomt dat we ons landschap volledig opofferen aan windparken en zonneweides. Kernenergie is onmisbaar in de energiemix bij het halen van de klimaatdoelstellingen.
3. Hoe denkt de VVD over wind- en zonne-energie?
Windmolens en zonnepanelen dragen bij aan een groenere energiemix. Daar is de Amsterdamse VVD een voorstander van, waarbij we de voorkeur geven aan windmolens op zee en zonnepanelen op daken. Voor de VVD is bij het bouwen van windmolens of zonneweides op land draagvlak onder de lokale bevolking een voorwaarde. Hierbij is van belang dat er écht geluisterd wordt naar bewoners. Participatie mag geen verplicht nummertje zijn waarbij de zorgen van bewoners worden aangehoord, maar vervolgens terzijde worden geschoven. Als draagvlak ontbreekt, dan moeten beleidsmakers kijken naar alternatieven.
4. Wil de VVD nieuwe windmolens bouwen in Amsterdam?
Ja. De VVD steunt de ambitie om windmolens te bouwen in onze gemeente. Voor ons gelden er wel twee belangrijke randvoorwaarden. 1) bouw geen windmolens in het groen. 2) bouw geen windmolens in een straal van 600 meter rondom woningen (zie voor meer informatie vraag 7). Die grens van 600 meter is een bovenwettelijke norm die strikter is dan landelijke richtlijnen. Het handhaven van de 600 metergrens betekent dat zoekgebieden zoals landelijk Noord (Noordrand A10), NoorderIJplas, IJburg (inclusief Sciencepark en Zeeburgereiland), Amstelscheg, Amstel III en omgeving, de Gaasperplas en Diemerscheg afvallen. Temeer omdat bij bewoners uit of rond deze zoekgebieden er veel te weinig draagvlak is voor de bouw van windmolens.
Het enige zoekgebied binnen Amsterdam dat aan de randvoorwaarden van de Amsterdamse VVD voldoet is het Havengebied en de Brettenzone. Hier zijn vrijwel geen woningen. Binnen onze randvoorwaarden kunnen daar 8 tot 9 windmolens gebouwd worden. Voor de overige windmolens die het college nog wil bouwen binnen de gemeentegrens heeft de Amsterdamse VVD een slimme en duurzame oplossing, om zo alsnog de 0,633 TWh te halen die het college zich als doel heeft gesteld.
5. Hoe wil de VVD met minder windmolens toch aan doelen van de gemeente en van de RES NHZ halen?
Met zonne-energie. Naast windenergie staat er in de concept RES NHZ dat 60% van de grote daken wordt benut met zonnepanelen. De Amsterdamse VVD wil deze doelstelling voor zonne-energie verhogen. Wat ons betreft wordt niet 60%, maar 70% van alle grote daken wordt voorzien van zonnepanelen. Amsterdam heeft veel platte daken. De VVD wil hier zoveel mogelijk zonnepanelen op zetten. Dit betekent dat we als gemeente moeten samenwerken met vastgoedeigenaren en bedrijven om deze doelstelling te halen. Wij zijn ervan overtuigd dat dit haalbaar is en hebben hierover met verschillende experts gesproken
Zonnepanelen op 70% van de totaal beschikbare grote daken zorgt ervoor dat Amsterdam nog maar de helft van de beoogde 17 windmolens hoeft te bouwen om aan de doelstellingen van de gemeente en NHZ te halen. Het havengebied biedt hier voldoende ruimte voor. Zo hoeven er geen windmolens te worden gebouwd in de Amsterdamse natuur of dicht op Amsterdamse woningen. Klik hier voor een weergave van ons plan.
6. Wat zijn de kosten voor een hogere inzet op zonne-energie?
De VVD wil gezondheidsschade voor Amsterdammers, landschapsvervuiling en aantasting van het woongenot voorkomen door meer in te zetten op zonne-energie (van 60% naar 70%) en minder op windenergie (8 of 9 turbines in plaats van 17). Dat is de keuze die wij maken voor het waarborgen van de volksgezondheid en het beschermen van ons landschap. Een recente beleidsstudie van het Planbureau voor de Leefomgeving laat zien dat de kosten voor zonne-energie op de lange termijn 1,5 maal hoger liggen dan windenergie op land (bron: Eindadvies Basisbedragen SDE++ 2020, 11 februari 2020). Maar hiermee veel leed kan worden voorkomen, dan is dat een meerprijs waard. De doorrekening van de RES wordt later dit jaar verwacht. Wij roepen het college op om ons voorstel, de verhoogde inzet op zonne-energie om zo minder windmolens te hoeven bouwen, te laten doorrekenen door het Planbureau voor de Leefomgeving. Zo ontstaat er een precieze inschatting van de daadwerkelijke kosten en kan er een dekkingsvoorstel worden gedaan.
7. In Noord-Holland gold toch een norm van 600 meter afstand tussen windmolens en woningen?
Dat klopt. Deze afstandsnorm, die strenger is dan de landelijke norm, is destijds door de VVD Noord-Holland ingevoerd en geldt in principe nog steeds in Noord-Holland. In het coalitieakkoord (2019) van Noord-Holland is alleen wel afgesproken dat gemeenten van deze norm mogen afwijken en dat er voor de Metropoolregio Amsterdam een ‘ja, mits’-beleid geldt voor de plaatsing van windmolens. Dit bekent echter niet dat gemeenten hierdoor op locaties naar keuze windmolens kunnen bouwen. Er dient een zorgvuldige afweging plaats te vinden, waarbij draagvlak onder omwonenden wat de VVD betreft als zwaarste zou moeten wegen. Ook kunnen gemeenteraden in Noord-Holland zelf besluiten de 600 meter norm te blijven handhaven. De Amsterdamse VVD zal dit voorstel doen en roept andere partijen op dit voorstel te steunen.
8. Hoe denken andere lokale politieke partijen windmolens in Amsterdam?
D66 Amsterdam heeft in haar verkiezingsprogramma voor de periode 2018-2022 aangeven meer energie via wind op te willen wekken, maar alleen op plekken waar dat geen overlast geeft voor de omgeving, bijvoorbeeld in industriële gebieden (pagina 14). Het aanwijzen van de huidige zoekgebieden heeft voor ernstige zorgen over overlast en leefbaarheid gezorgd bij bewoners uit deze gebieden. De D66-fractie van de stadsdeelcommissie Oost heeft zich daarom gekeerd tegen de komst van windmolens bij IJburg, Scienepark en Zeeburgereiland. Het definitieve zeggenschap ligt echter bij de fractie van D66 in de gemeenteraad. De Amsterdamse VVD roept de fractie van D66 in de gemeenteraad dan ook op om zich achter de stadsdeelfractie van D66 in Oost te scharen en de voorstellen van de Amsterdamse VVD te steunen.
GroenLinks Amsterdam wil volgens haar verkiezingsprogramma in de periode 2018-2022 tenminste 30 windmolens bouwen op Amsterdams grondgebied. Desnoods zonder vergunning als de provincie dit tegenhoudt (pagina 11). Over draagvlak bij omwonenden zegt het verkiezingsprogramma van GroenLinks niets.