VVD stelt vragen over innen vermakelijkheidsretributie

Eerder stelde de VVD-fractie een aantal feitelijke vragen omtrent de vermakelijkheidsretributie. Gisteren besloot de rechtbank dat de Gemeente Amsterdam kennelijk enkele rederijen honderdduizenden euro's geinde vermakelijkheidsretributie moet terugbetalen. Volgens de rederijen gedoogt de gemeente dat een meerderheid van de bedrijven helemaal geen vermakelijkheidsretributie betaalt en is het daarom oneerlijk dat ze wel worden aangeslagen. Daarom eisten ze de heffing over voorgaande jaren terug.Het gerechtshof heeft de rederijen gelijk gegeven. Naar aanleiding daarvan heeft gemeenteraadslid Werner Toonk schriftelijke vragen aan het College gesteld.

Eerder stelde de VVD-fractie een aantal feitelijke vragen omtrent de vermakelijkheidsretributie. Gisteren besloot de rechtbank dat de Gemeente Amsterdam kennelijk enkele rederijen honderdduizenden euro's geinde vermakelijkheidsretributie moet terugbetalen. Volgens de rederijen gedoogt de gemeente dat een meerderheid van de bedrijven helemaal geen vermakelijkheidsretributie betaalt en is het daarom oneerlijk dat ze wel worden aangeslagen. Daarom eisten ze de heffing over voorgaande jaren terug. Naar aanleiding daarvan heeft gemeenteraadslid Werner Toonk schriftelijke vragen aan het College gesteld.

1. Hoe interpreteert het college de uitspraak van de rechter?

2. Welke consequenties verbindt het college hieraan?

3. Is het college voornemens om op basis van deze uitspraak ook de vermakelijkheidsretributie die aan andere partijen in rekening is gebracht terug te betalen?

4. Hoe schat het college de kans in dat als andere partijen een vergelijkbare procedure aanspannen, de gemeente dan alsnog de geïncasseerde bedragen moet terug betalen?

5. Hoe verhouden zich de totale kosten van de inning (inclusief de juridische kosten voor deze en eventueel andere procedures) zich nu procentueel ten op zichte van de opbrengsten, daarbij rekening houdend met het terugbetalen van de bedragen waar ?

6. Is het naar het oordeel van het college nog wel verstandig om door te gaan met het innen van vermakelijkheidsretributie, gegeven deze recente uitspraak van de rechter?

7. is het college bereid om aan de raad een notitie voor te leggen die o.a. ingaat op de (on)redelijkheid van de vermakelijkheidsretributie, de praktische (on)mogelijkheden en problemen met daarbij de keuze om al dan niet de vermakelijkheidsretributie af te schaffen?