De Vrije Amsterdammer: Robert Flos

Het komende politieke seizoen is er weer een nieuwe serie interviews met 'Vrije Amsterdammers'. De aftrap wordt gedaan door onze fractievoorzitter in de gemeenteraad, een Amsterdammer die de vrijheid van deze stad op waarde weet te schatten: Robert Flos. 'Ik wil geen backbencher zijn maar een frontbencher!'

Het komende politieke seizoen is er weer een nieuwe serie interviews met 'Vrije Amsterdammers'. De aftrap wordt gedaan door onze fractievoorzitter in de gemeenteraad, een Amsterdammer die de vrijheid van deze stad op waarde weet te schatten:  Robert Flos. 'Ik wil geen backbencher zijn maar een frontbencher!'

Wie is je vader en wie is je moeder?

Mijn ouders leven gelukkig alle twee nog. Mijn vader is Jan Flos, hij was jarenlang huisarts in Buchten bij Sittard. Mijn moeder Riny Flos heeft vroeger ooit gewerkt als analiste en is later, toen mijn vader huisarts werd, telefoonachterwacht geworden. Ze hielp van tijd tot tijd ook in mee in de praktijk. Zo ging dat vroeger. Mijn vader is een echte CDA’er, wat conservatief maar ook sociaal, een goed medicus bovendien want de patiënten liepen met hem weg. Mijn moeder heeft meer liberale opvattingen en is ook lid van onze partij!

Waarom ben je een VVD-er?

Toen ik 14 werd ben ik lid geworden van de VVD. Ik voelde me rechts maar had een hekel aan de overmacht van het CDA in Limburg. Ik heb geen enkel probleem met religie maar vind dat dat iets persoonlijks is en buiten de politiek moet blijven. In Limburg had het CDA destijds traditiegetrouw een absolute meerderheid in de Provinciale Staten en was erg groot in de gemeenteraden. In onze gemeente Born was er naast het CDA een gezamenlijk linkse lijst en een paar lokale partijen, de VVD deed daar niet eens mee aan de gemeenteraadsverkiezingen.

Toen ik lid werd van de VVD was het de tijd van Ed Nijpels, van ‘gewoon jezelf zijn’. Ik vond de JOVD te links en die was in die tijd ook onafhankelijk van de VVD. Ik was zelf redelijk mainstream VVD. Het was ook de tijd van discussies over kruisraketten. ‘Liever een kruisraket in de tuin dan een Rus in de keuken’, daar was ik het helemaal mee eens. In mijn studententijd in Enschede –toen ik bestuurskunde studeerde aan de Universiteit Twente- ben ik overigens alsnog lid geworden van de JOVD en  actief geweest als bestuurslid van het afdelingsbestuur Twente en als districtsvoorzitter van Overijssel.

Wat waren je doelen toen je de politiek in ging en in hoeverre heb je die gehaald?

Ik ben in 1998 de politiek in gegaan in Amsterdam als fractievoorzitter in de stadsdeelraad van Oud-West, het stadsdeel dat nu is opgegaan in het stadsdeel West. Ik had destijds niet zozeer concrete doelen, meer een visie op hoe een volksvertegenwoordiger moest opereren. Ik wilde en wil nog steeds er toe doen, geen backbencher zijn maar een frontbencher. Mijn stijl is dat ik als raadslid zelf met eigen voorstellen kom en kritisch ben op de wethouders ook als ze van eigen partij zijn en niet alleen reactief maar juist ook pro-actief wil zijn door zelf nieuwe issues te agenderen.

Maar om toch even op de inhoud in te gaan: op mijn tijd als verkeerswoordvoerder in de gemeenteraad tussen 2002 en 2010 kijk ik redelijk tevreden terug. We zijn als VVD met vele voorstellen en alternatieven gekomen, juist ook toen we van 2006 en 2010 in de oppositie tegen het PvdA-GL college zaten en hebben niet alleen maar ‘nee’ geroepen zoals de SP. Bijvoorbeeld hoe we op een vriendelijke manier mensen kunnen bewegen schone auto’s te kopen in plaats van oude auto’s te gaan verbieden.

Ik ben in het bijzonder trots op de notitie ‘Verborgen vrouwen’ die gaat over importbruiden uit zeer traditionele migrantenculturen die als moderne slavinnen en in een bijna-gevangenschap gewoon in Amsterdam leven. Dit vond ik echt niet acceptabel en ik ben dan ook met voorstellen gekomen om hier wat aan te doen. Dat thema was nog niet geagendeerd en onder het nieuwe College met de VVD hebben we daar ook extra geld voor vrijgemaakt op de gemeentebegroting. Hiermee heeft onze eigen wethouder Eric van der Burg een goede aanpak van dit grote probleem vormgegeven. En er is op mijn initiatief, meerdere malen extra geld gekomen voor een betere inrichting van de openbare ruimte op gezichtsbepalende straten en pleinen van Amsterdam, zoals voor de ‘Rode Loper’: de route Damrak-Dam-Rokin-Vijzelstraat/Weteringcircuit. Verder heb ik met vier andere VVD’ ers het Amsterdamse VVD-verkiezingsprogramma voor de gemeenteraadsverkiezingen 2010 geschreven, een behoorlijk boekwerk dat in de breedte weergeeft hoe de VVD aankijkt tegen de grootste problemen van onze mooie stad en de oplossingen daarvoor.

Was het niet zo dat daar erg veel over homorechten in stond?

Het anti-homogeweld is helaas in de afgelopen jaren helaas fors toegenomen en de tolerantie jegens homo’s op straat en scholen lijkt weer af te nemen. Als liberale partij vinden we dat homo’s en lesbo’s volstrekt gelijke rechten hebben en iedereen in onze stad in vrijheid en veiligheid moet kunnen leven. We moeten intolerant tegen intolerantie zijn, daarom hebben we de homorechten nadrukkelijk in ons programma neergezet. Nu speelt bijvoorbeeld weer het verschijnsel van de ‘weigerambtenaren’ in Nieuw-West: hier zijn twee ambtenaren van de burgerlijke stand die weigeren homoparen te trouwen. Als VVD hebben we ons hier fel tegen verzet en ik ben blij dat Eric van der Burg als wethouder Personeelszaken duidelijk heeft gemaakt dat er in Amsterdam geen ruimte voor weigerambtenaren is. Met nadruk wil ik overigens zeggen dat we ook nadrukkelijk en actief stelling nemen tegen andere hate crimes zoals tegen joden. Zo hebben we bij de begroting 2011 extra geld weten vrij te maken voor de bewaking van bedreigde religieuze, met name joodse instellingen.

Wat was je meest leerzame nederlaag?

Dat bij de onderhandelingen van het stadsdeel West de VVD niet in het Dagelijks Bestuur is gekomen. Ik was hier namens de VVD-West derde onderhandelaar naast lijsttrekker Tom Leest en hun nummer twee Kartinie Martowirono. Dit was te wijten aan Groenlinks in West die ons gewoon niet bliefde. De PvdA en Groenlinks hebben in West samen een meerderheid, hadden besloten samen sowieso in de coalitie te gaan en wilden daar één partij bij: de VVD, D66 of de SP. De contacten met de PvdA-West waren zowel inhoudelijk als op persoonlijk vlak eigenlijk heel goed. Maar met Groen Links liepen de gesprekken voor geen meter door de onredelijke eisen die zij stelden, we werden zo ongeveer alleen bevraagd over wat we wilden inleveren van ons programma. Vervolgens besloten PvdA en GL om met D66 in zee te gaan. We weten allemaal hoe dat af is gelopen: eerst een opgesplitste D66-fractie met een A- en een B-deel, veel onderlinge ruzies en uiteindelijk het vertrek van 2 D66’ers uit de deelraad en van D66 uit de coalitie in West! Dat we in West niet in de coalitie zitten steekt me extra omdat ik in totaal vier onderhandelingen in Oud-West c.q. West heb gedaan sinds 1998, drie van de vier hebben geleid tot deelname van de VVD, alleen de laatste onderhandeling dus niet.

Over de huidige coalitie met PvdA en GL in Centrale Stad ben ik  trouwens behoorlijk tevreden. We hebben een inhoudelijk goed coalitieakkoord kunnen sluiten met vele, hoognodige bezuinigingen en een terugtredende overheid, een stevig veiligheidsbeleid, minder regels voor bedrijven en op de woningmarkt, extra investeringen in parkeergarages en vier jaar lang geen verhoging van parkeertarieven. We geven elkaar als coalitiepartijen de ruimte en kunnen het ook met Groen Links op veel terreinen goed vinden, ook al zijn we op zaken als kraken, parkeren, autoverkeer, preventief fouilleren en cameratoezicht nog steeds elkaars tegenpolen.

Wat was je meest leerzame triomf?

Het uiteindelijk kielhalen van de milieuzone voor oude personenauto’s: het vorige, linkse college wilde geen oude auto’s meer toelaten in het gebied binnen de Ring A10 en onder het IJ. Dat was een stokpaardje geworden van het linkse college. Er waren rond de 12.000 oude auto’s van Amsterdammers die in dit gebied wonen die plotseling niet meer rond zouden mogen rijden. Vrienden, familie en andere bezoekers met een oude auto zouden Amsterdam ook niet meer binnen kunnen. Dit was volgens ons een buitenproportionele maatregel die veel te diep ingrijpt in het eigendom en privéleven van mensen en met name diegenen treft met een kleine beurs: echt een asociale maatregel waar ik als verkeerswoordvoerder van de VVD heel fel oppositie tegen heb gevoerd.

Ik heb toen met alle oppositiepartijen inclusief D66 en de SP een front gesmeed tegen dit slechte plan. Vervolgens zijn we er in de commissie verkeer in geslaagd om het voorstel voor de milieuzone van de raadsagenda te laten halen omdat het niet voldragen genoeg was. De kop de volgende dag het Parool was: ‘Links college onderuit in milieuzone’. Het College en PvdA en GL waren echt hels. In de raadsvergadering is het toen alsnog op de agenda gezet, maar is slechts een principebesluit genomen omdat er eerst nog “extra onderzoek” nodig was. Uit het onderzoek bleek vervolgens –zoals wij al voorspeld hadden- dat de milieuzone niet effectief was en erg negatieve effecten had voor de autobezitters binnen de Ring en uiteindelijk is de milieuzone er ook nooit gekomen. Zonder onze forse tegenstand vermoed ik dat de milieuzone voor oude personenauto’s toch gewoon zou zijn ingevoerd.

Wie is je favoriete politicus?

Zonder twijfel Frits Bolkestein. Ik heb stage bij hem gelopen als bestuurskunde student, precies in de tijd dat hij bij de Liberale Internationale in Luzern zijn spraakmakende speech hield waarin hij zei dat we geen concessies mogen doen aan liberale waarden als gelijkwaardigheid van man en vrouw en vrijheidsrechten om migranten uit een niet-westerse cultuur of religie tegemoet te komen. Dat werd in die tijd als erg schokkend ervaren, nu zouden het main stream opmerkingen zijn . Door de toenmalige PvdA-prominent Wallage werd zelfs gezegd dat het NSB-achtige taal was. Ik vond en vind Bolkestein moedig en ondanks zijn voorkomen van een grachtengordel intellectueel was en is hij een kei in het aansnijden van thema’s die in brede lagen van de bevolking leven en vaak niet of nog niet in het publieke debat aan de orde kwamen. Zoals de gebrekkige integratie, de te grote immigratie, de ineffectiviteit van veel ontwikkelingssamenwerking en de manco’s van de EU.

Een andere politicus, inmiddels ex-politicus, waar ik grote bewondering voor heb is Tony Blair die de Engelse Labor-partij wist te moderniseren tot New Labor. Hij was een visionair, toonde leiderschap en liet bijvoorbeeld tegen de druk van de publieke opinie en een groot deel van zijn eigen partij het Engelse leger een leidende rol vervullen in de strijd in Irak en Afghanistan.

Wat is je favoriete plek van Amsterdam?

De Leidsegracht, die zowel de Heeren-, Keizers- en Prinsengracht doorkruist. Je ziet de Amsterdamse grachtengordel in optima forma en het is een vrij rustig stukje Amsterdam, ondanks dat het vlakbij de Leidsestraat ligt. Iedere keer als ik er eroverheen fiets, op weg naar een raadsvergadering, werk of uitgaan, denk ik ‘Yes! Daarom woon ik in Amsterdam!’.

En tot slot, onze laatste vraag, waarom ben je een Vrije Amsterdammer?

Omdat ik met volle teugen geniet van de vele vrijheden en voorzieningen die Amsterdam biedt. Van het uitgaan, van de cultuur, van de winkels, van het vrije debat. Ik ervaar Amsterdam als een City of Freedomwaarin iedereen zichzelf kan zijn. Dat zou vanzelfsprekend moeten zijn, maar dat is het niet overal helaas. Ons prachtige Amsterdam is een goed voorbeeld voor andere steden en met recht de hoofdstad van ons land!