Naar aanleiding van berichtgeving in De Telegraaf van 28 juli dat in tegenstelling tot stadsdeel Centrum, stadsdeel West ruim baan geeft voor steigerdoekreclame, heeft de VVD de nadelige effecten van verschillen in regelgeving tussen de diverse stadsdelen voor VVE’s en eigenaren bij het College aangekaart. Het antwoord van het college leidt niet tot tevredenheid. Alles blijft bij het oude.
Inkomsten van steigerdoekreclame zijn een aantrekkelijke − en vaak ook noodzakelijke − prikkel voor VVE’s en eigenaren om hun gevel vaker en beter te onderhouden. Door onderlinge verschillen op het gebied van regelgeving is het voor woningcorporaties en particuliere eigenaren van meerdere panden in de stad onmogelijk om overkoepelende deals te maken met adverteerders en neemt de administratieve druk toe.
Woordvoerder Economische Zaken, Frank van Dalen:”In plaats van gevelrenovatie te stimuleren, lelijke steigernetten te verfraaien en ook nog eens belastingen te innen door steigerdoekreclame toe te staan, worden reclame-uitingen tot 50% gereduceerd en verplicht men eigenaren steigers te bedekken met kostbare gevelprints zonder opbrengst.”
Daarnaast is het beleid in stadsdelen onderling verschillend en zegt het college daar ook niks aan te willen doen. In Centrum bijvoorbeeld mag op bepaalde plekken niks en zijn de doeken aan strenge eisen onderworpen, in West is vanaf 1 november steigerdoekreclame weer toegestaan terwijl in Zuid is verschillend reclamebeleid bestaat voor zowel voormalig stadsdeel Oud-Zuid als Zuideramstel.
Frank van Dalen:”De overheid moet een betrouwbare partner zijn voor ondernemers door met eenduidig beleid naar buiten te treden. In plaats daarvan is Amsterdam ook op dit vlak een lappendeken waar iedereen die er mee te maken heeft horendol van wordt.” De administratieve en werklast voor eigenaren van panden in meerdere stadsdelen die grote contracten willen sluiten voor onderhoud of renovatie blijft bijvoorbeeld groot. Van Dalen:“Het is noodzakelijk het beleid in stadsdelen gelijk te trekken. Daarin moeten voorwaarden geformuleerd worden waaronder de eisen dat de doeken er fatsoenlijk uitzien, op een nette manier worden bevestigd en niet langer hangen dan strikt noodzakelijk voor de onderhoud en/of renovatie. Dan wordt zowel het belang in Zuidoost als in de historische binnenstad gediend.”
”Wat de VVD betreft zijn de antwoorden die het College geeft onbevredigend en te veel benaderd vanuit ruimtelijke ordening waarbij de economische component geheel uit het oog wordt verloren. Dit beleid ondermijnt ondernemers die eigenaar zijn van panden. Daarom zullen wij de Wethouder Economische Zaken vragen hier aandacht aan te besteden. Niet in de laatste plaats omdat de wethouder heeft toegezegd vergaande deregulering vorm te geven.”, aldus Van Dalen.
Klik hier voor de antwoorden van het College op de vragen van Frank van Dalen.