Dit artikel is tevens op 22 december 2011 verschenen in Het Parool.
“Wij gaan niet tegen mensen roepen: aan het werk, luiaard: sneeuwschuiven!” brieste de Amsterdamse PvdA wethouder Freek Ossel.
Die reactie wekte enige verbazing, want niemand had voorgesteld om iets dergelijks tegen uitkeringsgerechtigden te gaan schreeuwen. Wel hadden wij in de Amsterdamse gemeenteraad voorgesteld dat van mensen met een bijstandsuitkering verlangd kan worden dat zij maatschappelijk nuttige activiteiten verrichten. De nieuwe wet Werk en Bijstand maakt het per één januari mogelijk voor gemeenten om een dergelijke tegenprestatie in te voeren. Die mag geen structurele aard hebben, niet ten koste gaan van werk, en niet leiden tot marktverstoring; het moet gaan om kortstondige activiteiten zoals sneeuwschuiven of bladeren vegen, koffie schenken in bejaardentehuizen, of het schoonvegen van straten na evenementen. Die nieuwe wet is een stap voorwaarts, die Amsterdam met beide handen aan zou moeten grijpen. De stad telt nu 35.000 mensen in de bijstand – ongeveer 9 procent van de beroepsbevolking – en een kwart hiervan krijgt die al langer dan drie jaar. Een aanzienlijk deel kan best een bijdrage leveren, en er is genoeg te doen om de stad mooier, beter en leefbaarder te maken. Toch oogstte de maatregel kritiek. Enerzijds in de trant van de reactie van wethouder Ossel, als ware het een draconische, betuttelende of zelfs discriminerende strafmaatregel. Anderzijds klonk het verwijt dat het slechts om symboolpolitiek zou gaan.
Die twee kritiekpunten lijken elkaar niet alleen uit te sluiten, ze kloppen allebei niet. Sinds een aantal jaar kunnen gemeenten mensen in de bijstand inderdaad verplichten om werkzaamheden te verrichten, maar dan moet het gaan om het bevorderen van hun kansen op werk, in het kader van hun re-integratie. Dat is ook de definitie die het Amsterdamse college nu geeft aan het idee van de tegenprestatie: “mensen stimuleren om de eigen leefsituatie te verbeteren.” Onder die noemer zet Amsterdam bijvoorbeeld bijstandsgerechtigden in om documenten van het Stadsarchief te digitaliseren. Maar met de nieuwe wet wordt het mogelijk om ook een tegenprestatie te vragen, juist niet onder het mom van re-integratie, maar om gewoon iets terug te doen voor de gemeenschap. Daarmee kan ook een andere groep werklozen worden bereikt, namelijk mensen die al op dermate grote afstand tot de arbeidsmarkt staan dat ze niet direct in aanmerking komen voor re-integratieprojecten—maar zo wel op een andere manier nog een bijdrage kunnen leveren.
Dat is niet draconisch en ook geen straf. In tegendeel. Want ook voor iemand die geen carrière als sneeuwschuiver ambieert, kan het nuttig zijn om de straten sneeuwvrij te scheppen na een storm: je blijft aan de slag, komt weer even in een werkritme en ontmoet andere mensen. Maatschappelijk en persoonlijk nut gaan samen, maar waarom zou je dan niet juist de waarde voor de gemeenschap mogen belichten? Nu zegt de gemeente in feite: “U moet papieren scannen maar dat is omdat u dan zelf daardoor makkelijker aan een baan komt. We dwingen u te investeren in uzelf.” Met de nieuwe tegenprestatie kan de gemeente ook zeggen: “De gemeenschap, die in uw levensonderhoud voorziet, kan uw inzet goed gebruiken. Dankzij uw sneeuwschuif-inspanningen kunnen bejaarden weer over straat.” Met die eerlijke boodschap is niets mis. En het kan juist goed zijn voor je zelfrespect en eigenwaarde om in ruil voor de uitkering wat terug te doen voor de samenleving. Ook al blijft de nadruk natuurlijk liggen op het weer vinden van een baan. De Amsterdamse wethouder Andrée van Es (GroenLinks) zei onlangs in een interview tegen Elsevier, dat ze in de loop der jaren in is gaan zien hoe verkeerd de dominante ideologie die ze in de jaren tachtig aanhing was, om mensen te makkelijk passief in een uitkeringssituatie te laten zitten, en hoeveel beter het is om aan de slag te blijven. Een dapper blijk van voortschrijdend inzicht van een wethouder die in deze moeilijke tijden al veel heeft bereikt. Dat maakt het des te merkwaardiger, dat waar Rotterdam en Den Haag maar ook van oudsher scharlaken steden als Nijmegen voorsorteren op het invoeren van tegenprestatie voor een uitkering, Amsterdam er vooralsnog niet aan wil. Wij roepen Amsterdam op om dit alsnog te doen. Het subsidiëren van passiviteit is niet sociaal. En het vragen van een tegenprestatie is symboolpolitiek noch strafmaatregel, maar een goede stap in de richting van een betere, socialere samenleving.
Bas van’t Wout
Gemeenteraadslid
VVD Amsterdam