Op 18 februari lanceerde de Amsterdamse PvdA het idee om als gemeente hypotheken te gaan verstrekken om de woningmarkt op gang te brengen. Wat de VVD betreft is dit geen taak van de gemeente.
De laatste jaren groeit het inwoneraantal van Amsterdam jaarlijks met zo’n 8.000 mensen. De groei van het aantal woningen blijft echter ver achter. Gevolg is een stijgende gemiddelde huishoudensgrootte; in enkele jaren steeg deze van 1,9 naar ruim 2. Dat kan een tijdje goed gaan, mensen blijven langer bij hun ouders wonen of gaan met vrienden of collega’s samenwonen. Maar als Amsterdam op de wat langere termijn succesvol wil blijven moet de bouwproductie – en daarmee de doorstroming op de woningmarkt – op gang komen.
Ieder voorstel om de Amsterdamse woningmarkt weer op gang te brengen zal door de VVD met interesse bekeken worden. Gisteren kwam de Amsterdamse PvdA met een plan, bestaande uit meerdere opties waaronder een gemeentelijke hypotheek. Het voorstel lijkt goed voorbereid en het is te prijzen dat de PvdA naar mogelijkheden zoekt om de woningmarkt weer op gang te brengen.
Eén van de mogelijkheden is de starterslening. Enkele jaren geleden is deze in Amsterdam afgeschaft, uit geldgebrek en dit tot teleurstelling van onder andere de Amsterdamse makelaarsvereniging. Volgens woonwethouder Freek Ossel kwam het geld van deze lening ‘niet terecht bij de mensen waar de lening voor bedoeld was’. De VVD kan zich voorstellen dat er een nieuwe, beter inzetbare starterslening terugkeert.
Bij de andere voorstellen van de PvdA zijn meer kanttekeningen te plaatsen. De SP pleit regelmatig voor een gemeentelijk woningbedrijf. De VVD is hier tegen. Om dezelfde reden zijn wij ook tegen de gemeentelijke hypotheekbank uit de plannen van de PvdA. De overheid moet minder doen, niet meer.
Ook het ‘financieren van het gat tussen wat de bank wil geven en de waarde van het huis’, zoals de PvdA het noemt, is gevaarlijk. Het gaat dan al snel om een tweede hypotheek. Als een woning wegens betalingsachterstand verkocht moet worden en er ontstaat een restschuld, ligt het risico bij de tweede hypotheekverstrekker, in het voorstel van de PvdA dus bij de gemeente. Dan doemt al snel de vergelijking met subprime hypotheken op. Eén van de oorzaken van de financiële crisis die in 2008 uitbrak is immers de ongebreidelde hypotheekverlening in de Verenigde Staten. Dat dus nooit weer.
Iets anders wat wel eens roet in het eten van de PvdA kan gooien is de Wet Houdbare Overheidsfinanciën (HOF). In deze wet worden de schuldposities van lagere overheden geregeld. Inmiddels zijn er al gemeenten door het verstrekken van hypotheken in de schuldproblemen gekomen. Klik hier voor het artikel dat op 19 februari in Binnenlands Bestuur verscheen.
De PvdA doet in haar plannen een beroep op een beperkte bijdrage uit het Amsterdams Investeringsfonds (AIF). In dit fonds is de 170 miljoen euro ondergebracht die Amsterdam heeft verdiend bij de verkoop van de aandelen in energiebedrijf Nuon. Het AIF is een zogenaamd revolverend fonds en de gemeenteraad heeft strenge criteria opgesteld voor de besteding van middelen uit het fonds.
Als de woningmarkt in Amsterdam met hulp uit het AIF op gang gebracht kan worden, dit uiteraard binnen de bestaande criteria, dan denkt de VVD graag mee. Een gemeentelijke hypotheekbank zal er wat ons betreft echter niet komen.
Daniel van der Ree