Eind vorig jaar hebben de VVD-raadsleden Robert Flos en Daniel van der Ree het college schriftelijke vragen gesteld omtrent de aanpak van bedeloverlast in de stad. De VVD Amsterdam heeft op basis van gesprekken met politie en eigen waarnemingen het idee dat de overlast veroorzaakt door bedelaars is toe genomen. De Integrale Veiligheidsmonitor van het Centraal Bureau voor de Statistiek laat zien dat zowel de overlast veroorzaakt door dak- en thuislozen als het aantal mensen dat in Amsterdam op straat lastig gevallen wordt, in 2011 ten opzichte van 2010 significant is gestegen.
De VVD-raadsleden wilden daarom van het college weten of het aantal bedelaars en/of het aantal incidenten in Amsterdam is gestegen, hoe het huidige bedelverbod in Amsterdam wordt gehandhaafd en welk aandeel personen uit de zogenaamde MOE-landen (Midden- en Oost-Europa) hierin vertegenwoordigen.
Uit de beantwoording van het college blijkt dat het, op basis van de politieregistratie, geen sterkte toe- of afname ziet in het aantal bedelaars. Dit aantal schommelt al jaren rond de 300 unieke verdachten per jaar. In de registratie van het aantal incidenten waarbij sprake is van een overtreding van het bedelverbod, zoals vastgelegd in de Algemene Plaatselijke Verordening van Amsterdam, is echter wel een grote stijging van het aantal incidenten rondom bedelaars te zien. Dit aantal is van 666 bedelovertredingen in 2010 gestegen naar 974 in 2011. Een stijging van ruim 46%. In 2012 is dit aantal vervolgens weer gedaald tot 672 incidenten.
Meer dan de helft van de overtreders van het bedelverbod komt niet uit Nederland. Uit cijfers over 2012 blijkt dat slechts 44% van deze structureel overlastgevende groep de Nederlandse nationaliteit heeft. Ongeveer een derde van deze groep komt uit de MOE-landen, waarvan verreweg het grootste deel uit Roemenië (26% van het totaal).
Op dit moment wordt het bedelverbod in de stad door zowel de politie als gemeentelijke buitengewone opsporingsambtenaren gehandhaafd. De gemeentelijke handhavers van stadstoezicht zijn hierbij bevoegd om boetes uit te schrijven. Verder loopt er in het Veiligheidshuis een aanpak die zich speciaal richt op APV-veelplegers in het stadsdeel centrum. Daarnaast is Stichting Barka in opdracht van de gemeente actief om overlastgevende EU-onderdanen vrijwillig terug te laten keren naar het land van herkomst. De inzet van deze organisatie heeft ertoe geleidt dat er in 2012 111 overlastgevende personen zijn teruggekeerd.
De resultaten van deze aanpak laten zien dat het aantal incidenten in Amsterdam in 2012 gedaald is. Of de Amsterdammers ook minder overlast hebben ervaren is echter nog niet bekend aangezien de Integrale Veiligheidsmonitor van 2012 nog niet is gepubliceerd. Zoals in de onderstaande tabel te zien is scoort Amsterdam al jaren vele malen slechter dan andere gebieden in Nederland. De VVD Amsterdam heeft de ambitie om deze cijfers te verbeteren en wil daarom de succesvolle aanpak van deze problemen verder uitbreiden.
Bevolkingspercentage dat aangeeft “komt vaak voor” | Amsterdam | Nederland
|
2012 | ||
Overlast van zwervers en daklozen | Nog niet bekend | Nog niet bekend |
Mensen die op straat worden lastiggevallen | Nog niet bekend | Nog niet bekend |
2011 | ||
Overlast van zwervers en daklozen | 4,6 % | 1,6% |
Mensen die op straat worden lastig gevallen | 5,0 % | 2,2% |
2010 | ||
Overlast van zwervers en daklozen | 3,9 % | 1,3% |
Mensen die op straat worden lastiggevallen | 4,2 % | 2,1% |
VVD-fractievoorzitter Robert Flos: “Het is voor de VVD duidelijk geworden dat ons vermoeden, dat een groot deel van de structureel overlastgevende bedelaars niet uit Nederland komt, klopt en dat zeker Roemenen oververtegenwoordigd zijn. De inzet van Stichting Barka om deze personen terug te laten keren en de speciale aanpak van APV-veelplegers van het Veiligheidshuis lijken hun vruchten af te werpen. Wij zullen de cijfers omtrent de door Amsterdammers ervaren overlast van bedelarij goed in de gaten houden om te zien of de daling van het aantal incidenten ook tot minder ervaren overlast heeft geleidt. Wij willen dan ook dat die aanpak voortgezet en zo nodig geïntensiveerd wordt."
Klik hier voor de antwoorden op de vragen.