Wie is je vader en wie is je moeder?
Mijn vader is Yucel Yesilgoz en in Turkije was hij advocaat. Mijn moeder, Fatma Ozgumus, heeft Engelse literatuur en onderwijskunde gestudeerd. Ze hebben elkaar op de universiteit in Ankara ontmoet. En ze waren daar, in mijn woorden, aan het strijden voor gelijke rechten voor minderheden als Koerden, Armeniërs, homoseksuelen en religieuze minderheden. Een paar ooms van mij hebben daarom ook vastgezeten. Mijn moeder, toen zwanger van mijn zusje, moest op een gegeven moment onderduiken en mijn vader moest vluchten. Na een lange omzwerving is hij in Nederland terechtgekomen. Mijn moeder, zusje en ik konden drie jaar na mijn vaders vertrek uit Turkije naar Nederland als uitgenodigde politieke vluchtelingen. Mijn zusje zag mijn vader voor het eerst op Schiphol. Hij is nu doctor in de Criminologie en mijn moeder is directrice van Vluchtelingenorganisaties Nederland. Hele betrokken mensen.
Waarom ben je een VVD’er?
Ik kom van heel links, maar elke keer dacht ik; nee, dit is het ook niet. Ik geloof in de kracht van het individu en eigen verantwoordelijkheid; dat vond ik maar niet terug bij de linkse partijen. Daar heeft men de behoefte om mensen te bestempelen als slachtoffers zodat ze daarna door diezelfde linkse partijen weer gered kunnen worden. Waar mijn ouders voor streden, vrijheden, mensenrechten en het rotsvaste geloof in de mogelijkheden van het individu, dat is voor mij de kern van liberalisme. En daarmee voel ik me heel erg thuis bij het liberalisme van de VVD.
Wat was je meest leerzame nederlaag?
Ik vind het een heel moeilijk begrip, zowel nederlaag als triomf. Ik geloof dat je van al die dingen leert, maar ik ervaar het niet als nederlaag of triomf. Ik kijk elke dag hoe ik iets beter kan doen. Als iets anders gaat dan ik had gewild, baal ik even, leer ik ervan en laat ik het ook weer los.
Wat was je meest leerzame triomf?
Mijn vierde plaats op de kieslijst, daar ben ik wel trots op, maar triomf… Daar heb ik hard voor gewerkt. Triomf, dat voelt bijna als ‘wauw kijk hoe goed ik ben’. De momenten waarop ik het meest trots ben, waren momenten dat ik echt een verschil kon maken in het leven van één persoon. Een voorbeeld; bij een overleg waar een prostituee van mijn leeftijd met tranen in de ogen vertelde dat ze niet kon stoppen met haar werk omdat ze anders haar woning zou kwijtraken en op straat zou komen te staan. Binnen twee dagen hebben we toen via via haar een alternatief gevonden zodat ze kon stoppen met werken. Een huis een eind buiten Amsterdam, maar ze had een eigen plek.
Wat zijn je doelen?
Vrijheid is voor mij erg belangrijk, maar vrijheid kan niet bestaan zonder economische zelfstandigheid, gelijkheid en veiligheid. En feit is dat veel Amsterdammers momenteel belemmerd worden in hun vrijheid. Daar wil ik me voor inzetten. Ik denk dat de VVD, en ik als raadslid, daarin een belangrijke rol kan spelen. We denken bijvoorbeeld vaak dat veiligheid meer politie, criminelen oppakken en in de bak gooien betekent, maar daar zit nog een heel verhaal achter. Het gaat er ook om hoe we recidive kunnen stoppen zodat criminaliteit echt structureel afneemt en hoe we kunnen voorkomen dat kleine broertjes in de voetsporen van hun criminele broer stappen. Het hele verhaal en het zoeken naar een langdurige oplossing voor problemen neigt wel eens ondergesneeuwd te raken door de waan van de dag. Ik hoop dat ik als raadslid kan bijdragen om het grotere plaatje voor ogen te houden.
Welke obstakels zie je om die doelen te bereiken?
Dat de middelen van de gemeente vaak geoormerkt zijn. Ik geloof niet dat je problemen op die manier kunnen oplossen. Het is verkokerd. De structuren waar we mee te maken hebben creëren soms nieuwe problemen. Je kunt met visies komen en ideeën, maar vervolgens moet je kijken naar hoe de werkelijkheid is. Let op; je moet daar nooit genoegen mee nemen, maar je ogen ervoor sluiten is ook geen optie.
Wie is je favoriete politicus?
Frits Bolkestein is mijn voorbeeld liberaal. Toen ik nog geen VVD-er was, herinner ik me dat hij heftige uitspraken deed en dacht, wat vind ik hier van? Maar ik heb de masterclass met hem gedaan en ik ken weinig mensen die zo visionair en intellectueel zijn en tegelijkertijd zo verbonden zijn met wat er gebeurt. Zelfs op zijn leeftijd. En wat ik ook bijzonder vind voor iemand met zo’n intellect en ervaring: als hij met je praat is hij echt geïnteresseerd naar jouw mening. Hij staat nog steeds open voor nieuwe ideeën en jonge mensen. De combinatie van wat ik meen te weten over zijn persoonlijk karakter en zijn staat van dienst maakt hem absoluut mijn favoriete politicus.
Voor jou maken we de uitzondering dat je twee mag noemen. We zijn wel nieuwsgierig naar de Turkse politiek, heb je daar ook een favoriet?
Ik volg de Turkse politiek nauwgezet, het is één van de onderwerpen waar ik vaak over schrijf (in republiek Allochtonië, red.), maar ik kan niet een favoriete Turkse politicus noemen. Soms is er een die ik goed vind, maar als ik me daar dan verder in verdiep komen vaak dingen boven die me flink doen twijfelen.
Wat is je favoriete plek in Amsterdam?
Dat is mijn eiland, het KNSM-eiland. Ik ben een echte eilandbewoner. Midden in de stad geeft het een dorps gevoel op een positieve manier. Mensen houden elkaar op een prettige manier in de gaten. Als je een keer de honden niet hebt uitgelaten komen ze even informeren wat er met je aan de hand was. Voor de deur ligt een vlonder waar je in de zomer, met een glas rosé in de hand, de bootjes voorbij ziet komen… Het is echt mijn eiland.
Wat maakt jou een vrije Amsterdammer?
Voor mij is Amsterdam de meest liberale stad van de wereld en dat sluit naadloos aan bij de reden waarom mijn familie hier naartoe gekomen is. Amsterdam, niet voor niets een geschiedenis vol liberale geesten, de eerste stad ter wereld waar het homohuwelijk werd gesloten: dit is vrijheid, Amsterdam is vrijheid, ik voel me hier vrij en veilig en ik wil me inzetten voor mensen die dat (nog) niet voelen.
Tekst: Manfred Harlaar, Cor Mandemaker