Iemand die om wat voor reden dan ook dakloos wordt, komt pas in aanmerking voor Maatschappelijke Opvang als voldaan wordt aan bepaalde toelatingscriteria. Zo moet de betreffende persoon een band met de stad hebben en moet er sprake zijn van een zogenaamde zorgnoodzaak. VVD-raadslid Dilan Yesilgoz-Zegerius: “Het kan niet zo zijn dat wij in deze stad mensen die hier legaal zijn blootstellen aan een strikt toelatingsregime voor opvangvoorzieningen en tegelijkertijd geen enkele criteria hanteren voor mensen die hier illegaal zijn. In eerste instantie lijkt het humaan om deze groep zonder voorwaarden op te vangen, maar niets is minder waar. Er wordt geen enkel perspectief geboden.”
“Als op voorhand niet meteen glashelder wordt gemaakt wie, met welk perspectief en voor hoelang in aanmerking komt voor de tijdelijke noodvoorziening, ontstaat de onwenselijke situatie dat dit bepaald wordt door de beschikbaarheid van financiële middelen. Dit leidt tot rechtsongelijkheid,” aldus CDA-fractievoorzitter Marijke Shahsavari-Jansen. De VVD en het CDA pleiten er daarom voor om niet te starten met een dergelijke opvang voordat volkomen duidelijk is hoe zowel bestuurlijk als juridisch vastgelegd kan worden wie toegang heeft tot de voorziening en wie niet. Verder moet er een maximale opvangtermijn ingesteld worden om te voorkomen dat de tijdelijke noodvoorziening in praktijk een open einderegeling wordt en deze rijks-verantwoordelijkheid door de gemeente Amsterdam wordt overgenomen.