Tijdens het werkbezoek, dat de VVD met het CDA bracht aan het GVB, bleek snel hoe ernstig de graffitiplaag is. De directie van het GVB heeft inmiddels bijna alles geprobeerd. De rangeerterreinen worden afgeschermd met prikkeldraad en bewaakt met camera’s, infraroodbeveiliging en alarmsystemen. Maar de graffitispuiters lijken zich hier niets van aan te trekken: hekken worden doorgeknipt en camera’s vernield.
Om de beveiliging op de rangeerterreinen te ontwijken worden er ook rijdende metro’s te grazen genomen. Dat de veiligheid van reizigers en personeel op het spel staat, lijkt de vernielers niets uit te maken. Er zijn zelfs fietsen op het spoor gegooid en wissels gesaboteerd om metro’s tot stoppen te dwingen. Als het personeel de graffitispuiters probeert te stoppen worden ze bedreigd of zelfs bekogeld met stenen.
Eenmaal vol gekliederd moet een metro worden schoongemaakt. Dit is een tijdrovend en kostbaar proces. Een fulltime reinigingsteam en talloze jerrycans met dure en milieuonvriendelijke schoonmaakmiddelen zijn ervoor nodig. Het GVB was vorig jaar 700.000 euro kwijt om de metro’s weer schoon op de rails te krijgen. Bovendien beperkt het schoonmaken de inzetbaarheid van de toestellen. Reizigers staan hierdoor in kortere en dus drukkere metro’s.
Ondanks de inspanningen van het GVB neemt het aantal graffiti-incidenten toe. Vorig jaar werd slechts een handjevol vandalen in de kraag gevat. Voor het vervoersbedrijf voelt het als dweilen met de kraan open. Omdat de politie niet actief surveilleert lukt het zelden om graffitispuiters op heterdaad te betrappen. Ook is men zelden op tijd ter plaatse. De rangeerterreinen liggen namelijk relatief afgelegen en de politie is vaak belast met andere incidenten.
Volgens het GVB ontbreekt het aan een integrale inzet. Externe partijen zoals de gemeente en de politie zouden met het GVB een gezamenlijk actieplan moeten opzetten. Samenwerking is cruciaal. Ook is het hard nodig dat er meer budget wordt vrijgemaakt. Bijvoorbeeld om gerichte acties te kunnen uitvoeren en om daders op te sporen.
Torn en Eenhoorn zijn verontwaardigd over de misstanden: “Dit verzin je niet. Dit zijn criminelen. We hebben te maken met georganiseerde bendes die zich schuldig maken aan vernielingen, sabotage, bedreigingen en geweld. Ze hebben een sport gemaakt van vandalisme.” De vraag of het verfwerk mooi is doet totaal niet ter zake, vinden de raadsleden. Dit is andermans eigendom. Daar hoor je vanaf te blijven.
Volgens de raadsleden moet het GVB zich volledig kunnen richten op haar kerntaak: het vervoeren van passagiers. “Het kan niet de bedoeling zijn dat het GVB al haar aandacht kwijt is aan een kat-en-muisspel met graffitivandalen. De gemeente moet het GVB actief steunen in de strijd tegen deze vorm van vandalisme,” zegt Torn.
De VVD heeft daarom samen met het CDA schriftelijke vragen gesteld aan het stadsbestuur over de graffitiplaag. Eenhoorn: “Een gezamenlijke aanpak is nodig. We willen dat het stadsbestuur in samenwerking met het GVB en de politie een actieplan opstelt om de vandalen aan te pakken.”
Om de graffitispuiters te ontmoedigen is het volgens de raadsleden van belang dat er zo hard mogelijk wordt opgetreden. Torn: “Wij zijn ervan overtuigd dat een stevigere inzet met gerichte acties helpt. Verder moet de schade worden verhaald op de daders. Het vernielen van andermans eigendom moet een dure hobby worden.”